Bonaire heeft een roerige geschiedenis. In dit overzicht nemen we je mee langs de verschillende perioden uit de geschiedenis van Bonaire. We starten in de tijd dat het eiland uit de zee omhoog kwam. Daarna kom je van alles te weten over de Caiquetios, de Spanjaarden, de Nederlanders, de slavernij en de plantages. Ten slotte kijken we hoe de twintigste eeuw, zij het met wat vertraging, op Bonaire arriveerde. Zo kom je niet alleen meer te weten over Bonaire, maar ook over de mensen die er wonen en de vele sporen uit het verleden die er tot op de dag van vandaag zijn te vinden.
Ben je gek op geschiedenis en wil je de sporen uit het verleden graag met eigen ogen zien? Tijdens onze tours bezoeken we een hoop historische locaties en vertellen we je meer over het rijke verleden van Bonaire.
Onderwerpen
- 1 De geologie van Bonaire
- 2 De tijd van de Caiquetio-indianen
- 3 De Spaanse tijd (1499-1636)
- 4 De West-Indische Compagnie (1636-1792)
- 5 Bonaire als Gouvernementsplantage (1792-1868)
- 6 De tijd van de plantages (1868-WO II)
- 7 Na-oorlogs Bonaire (1945-heden)
- 8 Sporen uit het verleden
- 9 Een tour bij HopiBonaire
- 10 Verder lezen?
De geologie van Bonaire
Bonaire is een bijzonder veelzijdig eiland dankzij haar bijzondere geologie. Onze tijdreis door de geschiedenis van Bonaire start aan het einde van het Krijt. Dat is de periode waarin Bonaire uit de zee tevoorschijn komt.
Bonaire ligt op de plek waar de Caribische aardplaat langs de Zuid-Amerikaanse plaat schuift. Tussen de aardplaten borrelt magma op, dat stolt door de koelte van het zeewater. Zo ontstaat er een onderzeese bergformatie van stollingsgesteente. De aardplaten blijven in beweging, het magma blijft stromen en op den duur groeien de toppen van de bergformatie boven de zeespiegel uit. Zeventig miljoen jaar geleden is Bonaire geboren! Tot op de dag van vandaag stijgt Bonaire door, al kan dat niet voorkomen dat de lager gelegen delen van het eiland door de zeespiegelstijging weer onder water dreigen te verdwijnen.

De bergformatie van stollingsgesteente vormt de basis van Bonaire. Rondom voormalig Plantage Washikemba ligt het stollingsgesteente van de zogenaamde Washikemba-formatie nog aan de oppervlakte. Bewonder het tijdens de Red Hill Hike. Ook bij Rincon en in Nationaal Park Washington-Slagbaai is het stollingsgesteente nog steeds aan de oppervlakte te bewonderen. Bekende heuvels zoals de Brandaris en de Kashikunda behoren tot de Rinconformatie.
Op de onderzeese bergwanden gaan koralen groeien, die in de loop van miljoenen jaren dikke kalkpakketten vormen. Deze pakketten worden met het stollingsgesteente mee omhoog gedrukt en komen zo boven de zeespiegel terecht. Zo ontstaan de typische kalkterrassen en -kliffen van Bonaire. Op allerlei plekken kun je nog prachtige rotsformaties tegenkomen die herinneren aan de tijd dat Bonaire nog een stuk lager lag, bijvoorbeeld tijdens een Rondje Noord.

De tekst gaat hieronder verder…

De tijd van de Caiquetio-indianen
Ongeveer 1500 jaar geleden vestigt zich een indianenstam uit het huidige Venezuela op Bonaire: de Caiquetios. Zij geven Bonaire haar oorspronkelijke naam: Bojnaj. De Caiquetios leven in de het keramische tijdpwerk. Het zijn jagers-verzamelaars die in houten hutten met lemen wanden wonen. Ze gebruiken werktuigen van vuursteen en botten en zijn bedreven in het maken van keramiek. De Caiquetios van Bonaire zijn bedreven vissers die een levendige ruilhandel onderhouden met de Caiquetios uit Venezuela. Daar ruilen ze de gevangen vis tegen onder andere mais, groenten, fruit en specerijen.
De Caiquetios geloven in een rijke geestenwereld en brengen deze geesten offers om ze goedgezind te houden. De offerplaatsen worden rijk versierd met religieuze symbolen. Deze indianentekeningen zijn al die eeuwen bewaard gebleven. Tijdens onze tours bezoeken we deze vindplaatsen en vertellen we je veel meer over deze bijzondere stam.

Voordat de Caiquetios zich op Bonaire vestigen, wordt het eiland regelmatig bezocht door nomadische stammen. Op Curaçao zijn resten van deze archaïsche stammen gevonden die 4500 jaar oud zijn. Ongeveer vanaf 3300 jaar geleden bezoeken deze stammen ook Bonaire. Rond de boka’s van Nationaal Park Washington Slagbaai en bij Lac Bay zijn oude schelpen gevonden die niet in de wateren rond Bonaire voorkomen. Verder hebben deze bezoekers nauwelijks sporen achtergelaten.
De Spaanse tijd (1499-1636)
In 1499 zetten de Spanjaarden als eerste Europeanen voet op Bonaire. Het is zeer waarschijnlijk dat ontdekkingsreiziger Amerigo Vespucci de “ontdekking” van Bonaire op zijn naam heeft geschreven, maar Alonso de Ojeda wordt ook genoemd. De Spanjaarden zoeken de zeeroute naar de kust van Indië en hopen dat Bonaire één van de Indische vooreilanden, “Ant-ilha’s”, is. Dat is de oorsprong van het woord Antillen. Al snel zijn de Spanjaarden in de hele regio aanwezig en gaan ze op zoek naar waardevolle metalen, zoals koper, zilver en goud.

Op Bonaire vinden de Spanjaarden niets van dat al. In 1513 verklaren ze Bonaire tot “Isla Inútil“, nutteloos eiland, en vertrekken. De Caiquetios die kunnen werken, worden meegenomen om te werken in de mijnen op de plekken in de regio waar wél waardevolle metalen waren gevonden. De andere Caiquetios worden bruut vermoord.
Maar de Spanjaarden keren terug. Voor de werkers in de mijnen is veel voedsel nodig, en Bonaire krijgt een rol bij de voedselvoorziening. Bovendien was Bonaire toen nog een bosrijk eiland. Ook het hout kunnen de Spanjaarden goed gebruiken. In 1527 arriveert er een aantal Spaanse schepen met vee, fruitbomen en met een groep van ongeveer zeventig Caiquetios. Zij moeten het zware werk gaan verrichten. De Spanjaarden vestigen zich in een vallei in het noorden van Bonaire. Deze plek is vanaf zee niet zichtbaar, zodat het de vele piraten niet opvalt dat het eiland bewoond is. Bovendien is er in de buurt drinkwater te vinden. De Spanjaarden noemen hun woonplaats Rincon. Het dorpje Rincon bestaat nog steeds, en viert in 2027 haar vijfhonderdjarig bestaan.

In de ruime eeuw die de Spanjaarden op Bonaire doorbrengen, wordt een hoop verwoest. In rap tempo worden bomen gekapt, zoals de brazil-boom. De Spanjaarden zijn dol op de rode kleurstof in het hout. Ook het vee dat los op het eiland rondloopt, heeft een verwoestend effect op dit eens zo bosrijke eiland. Jonge boompjes worden onmiddellijk opgevreten en groeien niet uit tot volwassen bomen. Tot op de dag van vandaag zie je op Bonaire vooral planten groeien die De wilde zoogdieren van Bonaire niet lusten, zoals cactussen, prikkelbosjes en wilde salie. Ten slotte verdienen de Caiquetios een plek in de lijst van Spaanse verwoestingen. Zij worden door de Spanjaarden gedwongen om zich tot het Christendom te bekeren, waarmee hun bijzondere cultuur definitief ten einde komt.

De West-Indische Compagnie (1636-1792)
In 1568 breekt de Tachtigjarige Oorlog uit tussen Spanje en de Nederlanden. Deze oorlog wordt ook op zee uitgevochten. De Nederlanden besteden de zeeoorlog uit aan de West-Indische Compagnie, een soort staatsbedrijf. Het voedsel aan boord van de Spaanse en Nederlandse vloot wordt geconserveerd met zout. De Spanjaarden produceren hun eigen zout, iets dat in de Lage Landen onmogelijk is. De Spanjaarden doen daar natuurlijk hun voordeel mee. In de loop van de oorlog worden de Nederlandse zoutschepen succesvol verjaagd uit de Europese en Noord-Afrikaanse zouthavens. Nederland moet steeds verder van huis op zoek naar het onmisbare zout.
En zo komt in die Nederlandse zoektocht Curaçao in zicht. Het eiland is geschikt voor zoutproductie, heeft een strategische ligging en een natuurlijke haven waar de vloot kan worden gestationeerd. Bovendien kan er op Curaçao voldoende drinkwater worden gewonnen en voldoende vlees worden geproduceerd. In 1634 verovert Johannes van Walbeeck van de West-Indische Compagnie het eiland op de Spanjaarden.
Uit angst voor een Spaanse tegenaanval op Curaçao uit het naastgelegen Aruba en Bonaire, bezet de Compagnie deze eilanden in 1636 ook. Tot grote verrassing treft men in het zuiden van Bonaire uitgestrekte zoutpannen aan. Bonaire wordt ingericht als één grote plantage. Naast zout wordt er vooral vlees geproduceerd voor de troepen op Curaçao. Curaçao werkt ondertussen als een magneet op gelukszoekers en zo zijn er daar steeds meer monden om te voeden. In tegenstelling tot Curaçao zijn er op Plantage Bonaire geen vrije mensen welkom. Er komen alleen mensen die voor de Compagnie werken.

In 1640 stuurt Peter Stuyvesant het eerste schip vol Afrikaanse slaafgemaakten naar de ABC-eilanden. Daarmee schrijft hij de eerste bladzijde van dit gitzwarte hoofdstuk in de Nederlandse geschiedenis. Er zullen nog velen slavenschepen volgen. Vanwege de onmenselijke behandeling van de slaafgemaakten op Bonaire, met name bij de zoutwinning, krijgt Bonaire De Witte Hel als bijnaam. De slaafgemaakten kampen met pijnlijke wonden van het werken met het zout, worden blind van de reflectie van het zonlicht in de zoutkristallen en moeten de nacht in natte kleding onder de sterrenhemel doorbrengen. Hierdoor gaat een gemiddelde slaafgemaakte op Bonaire ongeveer tussen de vier en zeven jaar mee!

Bonaire als Gouvernementsplantage (1792-1868)
In 1791 gaat de West Indische Compagnie failliet en zo komt Plantage Bonaire een jaar later in handen van het Nederlandse Gouvernement, de regering onder leiding van de koning. Voor de slaafgemaakten van Bonaire verandert er weinig. Maar in Europa begint de manier waarop men tegen de slavernij en de “onchristelijke” behandeling van de slaafgemaakten aankijkt te veranderen. Dat leidt tot het afschaffen van de slavenhandel in 1814. Maar ook dat brengt nauwelijks verandering op Bonaire, behalve dan dat het aantal vrouwelijke slaafgemaakten vanaf dat jaar sterk toeneemt. De extra kinderen die zo worden geboren, worden onmiddellijk tot slaaf gemaakt. Dit wordt slavebreeding genoemd en deze praktijk wordt tot de afschaffing van de slavernij op “fokeiland” Bonaire toegepast.

Steeds meer landen schaffen ondertussen de slavernij af. In 1850 worden de slavenhuisjes van Bonaire gebouwd, in een poging om de buitenwereld wijs te maken dat de slaafgemaakten op Bonaire een goede behandeling krijgen. Gelukkig blijkt het tij niet meer te keren. In 1863 maakt ook Nederland een eind aan de slavernij.

De tekst gaat hieronder verder…

Rond het jaar 1800 komt Kralendijk in opkomst. Het vestigingsverbod voor vrije mensen op Bonaire, dat door de West-Indische Compagnie was ingesteld, wordt door het Gouvernement niet gehandhaafd. In de buurt van Fort Oranje, op een koraalwal aan de kalme zee in de luwte van Klein Bonaire, vestigen zich steeds meer vrije mensen. Deze koraalwal wordt door Hollanders al gauw een dijk genoemd: Kralendijk!
Dit is ook de tijd die vaak de Verwarde situatie of De tijd van verwarring wordt genoemd. Er is rond 1800 een voortdurende dreiging van de Engelsen en de Fransen die de ABC-eilanden graag in bezit willen nemen. De Engelsen slagen er twee keer in: In 1804 tot 1805 valt Bonaire korte tijd in Engelse handen en opnieuw van 1807 tot 1816. In het Verdrag van Parijs (1814) wordt overeengekomen dat Bonaire weer terugkomt onder het gezag van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Dat gebeurt twee jaar later: in 1816 eindigt deze verwarrende tijd. De Engelse kanonnen in Fort Oranje herinneren aan de Engelse bezetting.
De tijd van de plantages (1868-WO II)
Zonder de gratis arbeid van de slaafgemaakten lukt het niet om Gouvernementsplantage Bonaire draaiend te houden. Het Nederlandse Gouvernement besluit om Bonaire in stukken te verdelen om deze als losse plantages te veilen. Ook de zoutpannen worden geveild. Zo komt Bonaire in 1868 grotendeels in handen van rijke families. Dit is het begin van bekende Bonairiaanse plantages als Plantage Slagbaai, Bolivia en Karpata.

Wat het Gouvernement niet lukt, lukt deze families wel: winst maken. Er wordt op de plantages niet alleen gezouten geitenvlees geproduceerd, maar bijvoorbeeld ook de geitenhuiden en -mest worden verhandeld. Verder verlaten er scheepsladingen zout, aloë-olie, wonderolie, houtskool en metselkalk het eiland.
En die schepen keren niet leeg terug. De rijke families verhandelen allerlei geïmporteerde producten in hun winkels. Daar wordt de échte winst gemaakt. De werkers worden bovendien niet in geld betaald, maar ontvangen een tegoed dat ze alleen in de winkel van de plantage-eigenaar kunnen besteden. Het verschil tussen vrije en onvrije mensen verandert in korte periode naar een verschil tussen arm en rijk.
Na-oorlogs Bonaire (1945-heden)
De Tweede Wereldoorlog haalt Bonaire als het ware weer bij de tijd. In de jaren na de oorlog volgen de ontwikkelingen zich in rap tempo op en verandert Bonaire van een agrarische naar een industriële en commerciële samenleving. Zo wordt in 1945 Flamingo Airport geopend en in 1948 komt de eerste industrie naar Bonaire. In 1963 komt de Overzeese Gas- en Elektriciteitsmaatschappij (OGEM) naar Bonaire en wordt gestart met de aanleg van het elektriciteitsnetwerk. Ook het drinkwater komt vanaf nu uit een ontziltingsfabriek. Bovendien start start Akzo Nobel in 1963 met commerciële zoutwinning en in 1975 start de BOPEC met de olieoverslag in de terminal bij het Gotomeer.

Vanaf 1951 kunnen jonge Bonairianen een technische opleiding gaan volgen op het eiland en in 1958 wordt de eerste middelbare school van Bonaire geopend. Met het openen van Hotel Zeebad (1951) en het Bonaire Beach Hotel (1962) worden ook de eerste stapjes gezet richting het toerisme. De beschikbaarheid van elektriciteit en leidingwater was natuurlijk cruciaal voor de ontwikkeling van het toerisme.

De plantages raken na de oorlog al snel in verval. Het wordt voor de plantage-eigenaren steeds moeilijker om werkers te vinden. Wie heeft er nog zin in dat fysieke en ongeschoolde werk in de bloedhitte? Ook daalt de vraag naar producten als houtskool, aloë-olie en metselkalk.
Zo wordt er in 1958 voor het laatst gewerkt op Plantage Washington. Tien jaar later wordt de grond verkocht, op voorwaarde dat het een natuurpark wordt. In 1977 wordt ook Plantage Slagbaai onder deze voorwaarden verkocht. Nationaal Park Washington-Slagbaai is een feit.

Op bestuurlijk vlak verandert er ook veel op Bonaire. Waar het eiland voor de oorlog vooral bestuurd wordt door de elite, de rijke grootgrondbezitters, wordt Bonaire na de oorlog steeds democratischer. In 1954 worden de Nederlandse Antillen een autonoom gebiedsdeel binnen het Koninkrijk der Nederlanden. In 2010 stoppen de Antillen te bestaan en wordt Bonaire, samen met Saba en Sint Eustatius, een bijzondere Nederlandse gemeente. Zo mogen de Bonairianen in 2012 voor het eerst stemmen voor de Tweede Kamerverkiezingen.
Sporen uit het verleden
Overal op Bonaire zijn sporen te vinden uit de soms roerige geschiedenis, zoals kalkkliffen, rotstekeningen, slavenhuisjes en vervallen landhuizen. Maar ook in de bevolking heeft het verleden zijn sporen nagelaten. De koloniale geschiedenis heeft diepe wonden geslagen die nog niet zijn geheeld. Dat maakt de band met Nederland als voormalig kolonisator soms moeizaam. Anderzijds heeft het roerige verleden de Bonairiaan weerbaar gemaakt. De inwoners van Bonaire zijn inventief en behulpzaam. Samen maken we er het beste van op dit kleine stipje in de Atlantische Oceaan.

Benieuwd naar de sporen van het verleden? Wil je een uitgebreide duik nemen in de Bonairiaanse geschiedenis, cultuur, geologie en natuur? Boek dan een van onze tours! Dan maken we er een mooie ontdekkingstocht van, vol spannende locaties en bijzondere verhalen.
De tekst gaat hieronder verder…

Een tour bij HopiBonaire
Ontdek de mooiste locaties van Bonaire tijdens een tour met HopiBonaire. Onze tours zijn zoveel meer dan een rondrit. Geniet van een intieme en persoonlijke ervaring, exclusief voor jou en je gezelschap, waarbij je het eiland lekker in je eigen tempo kunt verkennen!
Dol op historische verhalen? We passen onze tours graag aan jouw voorkeuren aan. We bieden zelfs de mogelijkheid voor volledig op maat gemaakte avonturen. Als je enthousiast bent geworden en graag mee op pad wilt, bekijk dan ons aanbod van onze tours.
Verder lezen?
HopiBonaire laat je graag kennismaken met het eiland dat ons hart heeft gestolen. Ook met onze andere blogs! In onze blogserie Bonaire verkennen komen alle hoogtepunten van Bonaire langs. We zijn dol alle dieren die het eiland rijk is. Lees alles over de vogels, zoogdieren, vlinders en schildpadden in de serie Natuur op Bonaire. In onze Fotoblogs zoemen we in op één fotografisch onderwerp. Je vind al onze blogs overzichtelijk op een rijtje op onze blogpagina. |